Taalwinkel
Populair woordgebruik
Dat je in zakelijke en academische teksten geen ‘modewoorden’ moet gebruiken zoals: vet, cool, gaaf, super, wreed, dat is de meeste schrijvers wel bekend. Er zijn echter meer uitdrukkingen en woorden uit de spreektaal die je beter kunt vermijden.
Spreektalige woorden en uitdrukkingen zijn bijvoorbeeld:
Ik zie het niet zitten.
Dat gaf een hoop problemen.
Dat is nogal logisch.
Het sloeg nergens op.
In spreektaal zijn dit volkomen normale zinnen, maar in schrijftaal komen ze bot over:
- Je gaat er in de voorbeelden vanuit dat je lezer wel weet wat je bedoelt. In een gesprek vraagt de ander dan door, maar in een tekst is dat lastig.
- Bovendien staan er loze woorden in. Dat soort woorden zijn handig om nadruk te geven, maar die nadruk is vaak in teksten al sneller aanwezig.
- Neem tot slot niet aan dat je lezer dezelfde mening heeft. Wat voor jou logisch is, hoeft dat voor een ander absoluut niet te zijn. Vooral met veronderstelde voorkennis kan dat onbedoeld vervelend overkomen.
Beter is dus:
Ik vind het geen goed idee, omdat ...
Dat gaf problemen met de ...
Dat is vanzelfsprekend voor de respondenten, omdat ...
Het was niet goed, omdat ...
Vooral als je nog niet veel schrijfervaring hebt, is het belangrijk veel aandacht te besteden aan de woordkeus die past bij het soort tekst dat je schrijft. Een paar tips als je kritiek krijgt dat je woordkeus te populair is:
- Lees teksten van medestudenten die positief commentaar krijgen op hun teksten. Lees meer hierover op de website van de Rijksuniversiteit Groningen.
- Veel lezen helpt überhaupt om meer gevoel te ontwikkelen voor een juiste woordkeus, bijvoorbeeld de ‘kwaliteitskranten’ als NRC en de Volkskrant.
- Kijk voor tips hoe je je woordenschat kunt uitbreiden.
- Oefen met het schrijven in een wetenschappelijke stijl om meer voorbeelden te krijgen van de juiste schrijfstijl.
- Zorg ervoor dat je niet te veel naar de andere kant doorslaat; dan worden je teksten te formeel en oubollig (en onleesbaar).
- Oefen met de juiste woordkeuze.