Taalwinkel

Tentamens met meerkeuzevragen maken

Meerkeuzevragen (multiplechoicevragen) beantwoorden is om meerdere redenen lastig. Soms lijkt het alsof het juiste antwoord er niet bij staat, en soms lijken meerdere antwoorden goed. Het gaat bij deze vragen om details en de verschillen tussen de antwoordmogelijkheden zijn vaak klein. Gebruik de volgende tips om minder meerkeuzetentamenstress te ervaren.

Bij het leren

  • Bedenk dat details belangrijk zijn. Ga dus actief op zoek naar opsommingen, kenmerken, uitzonderingen, en dergelijke.
  • Probeer na het lezen van iedere alinea of paragraaf voor jezelf een tentamenvraag te formuleren.
  • Lees niet alleen het boek, maar bekijk ook je aantekeningen en de eventuele presentatie van de docent op deze manier.
  • Let op de sleutelwoorden, zoals: altijd, met uitzondering van, belangrijkste, nooit.
  • Maak zoveel mogelijk oefententamens.

Tijdens het tentamen

  • Werk in drie rondes: eerst de makkelijke vragen, dan de moeilijkere en als laatste de lastigste.
  • Maak een tijdsinschatting: bekijk hoeveel vragen er zijn en hoeveel tijd je hebt. Reken uit hoeveel tijd je (grofweg) voor een vraag hebt.

Vragen lezen

  • Lees altijd heel aandachtig en onderstreep de sleutelwoorden in de vraag. Deze woorden helpen je te focussen op de essentie. Bedenk wat je erover weet en activeer je kennis hierover.
  • Denk niet te diep en te creatief na; de vragen zijn vaak niet bedoeld om je in de val te lokken. Blijf rustig bij lastige vragen. Analyseer goed wat ze willen weten.
  • Vragen met ontkenningen kunnen lastig zijn. Maak ze duidelijker door ze te herformuleren.
  • Blijf rustig als mensen eerder beginnen of al snel vertrekken. Ieder heeft een eigen tempo.

Antwoordopties kiezen

  • Dek de antwoorden af en geef eerst je eigen antwoord. Vergelijk dat daarna met de opties. Onthoud: het antwoord hoeft niet altijd 100 procent perfect te zijn, als het maar de beste optie is.
  • Streep de mogelijkheden een voor een weg, als je het antwoord niet zo goed weet. Meestal staan er twee onzinantwoorden bij en twee waartussen je twijfelt. Streep de onzinantwoorden gelijk weg.
  • Zoek niet naar antwoordpatronen (tien keer achter elkaar B als antwoord kan gewoon).
  • Vul altijd iets in en controleer dat ook aan het eind.
  • Verbeter achteraf alleen na een nieuw inzicht, niet op basis van zenuwen of stress. Meestal is je eerste antwoord goed, dus ga niet te veel twijfelen.

Na het tentamen

  • Ga altijd naar het inzagemoment of naar de nabespreking als je een onvoldoende hebt gehaald. Zo krijg je inzicht in wat je niet goed gedaan hebt en waar je bij de herkansing op moet letten.
  • Vraag indien mogelijk om feedback.
Gepubliceerd door  Taalwinkel 22 februari 2022