Taalwinkel

Hoofdletters

Gebruik hoofdletters aan het begin van een zin en het begin van een naam. Spel ook afkortingen die zijn afgeleid van een naam met een of meerdere hoofdletters. Hoofdletters gebruik je dus zowel op zinsniveau als op woordniveau.

Hoofdlettergebruik op zinsniveau

Meestal begin je een zin met een hoofdletter, ook als de zin begint met een afkorting of een naam die met een kleine letter begint. Ook een kop van een journalistiek artikel of hoofdstuk, of aanhef of afsluiting van een brief begint met een hoofdletter.

Tv's kosten tegenwoordig niets meer.

Het meedogenloos moderne oeuvre van Andy Warhol.

Met vriendelijke groet,

Op deze regel zijn drie uitzonderingen:

  • Begint de zin met een apostrof, dan krijgt het tweede woord een hoofdletter (zin 1).
  • Begint de zin met een symbool of cijfer, dan volgt er geen beginhoofdletter (zin 2).
  • Begint de zin met een ‘ij’, dan schrijf je beide letters met een hoofdletter (zin 3).
  1. ’s Avonds ga ik sporten.
  2. 25 knopen is best snel voor een zeiljacht.
  3. IJverig studeerde hij voor zijn tentamen.

Na een dubbele punt en puntkomma volgt normaal gesproken geen hoofdletter. Dit gebeurt wel als na de dubbele punt een citaat volgt dat uit een hele zin bestaat.

Internetdating is booming business; zelfs de kwaliteitspers ziet er brood in.

Golfer Joost Nuiten licht toe: ‘Aan zelfvertrouwen heb ik nooit een gebrek gehad.’

Hoofdlettergebruik op woordniveau

Schrijf namen met een hoofdletter, ook als deze opgenomen zijn in een samenstelling of afleiding. Of het nu namen van personen of dieren zijn, organisaties, merken, producten, wetten of titels van boeken of films. Ook aardrijkskundige namen, talen, dialecten en volkeren krijgen een hoofdletter, net als officiële namen van feesten, feestdagen en historische gebeurtenissen.

Heb jij de laatste Harry Potter al gelezen?

De NMa ziet toe op eerlijke concurrentie in alle sectoren van de Nederlandse economie.

Schrijf ook losse letters in een samenstelling met een hoofdletter als deze letter de vorm toont of een ordening aangeeft (zin 1). Maar let op: bevat de achternaam een voorvoegsel, schrijf dan alleen een hoofdletter als er geen initiaal of voornaam aan voorafgaat (zin 2).

  1. Hij heeft O-benen.
  2. John de Vries wordt door zijn medestudenten spottend de heer De Vries genoemd.

In enkele gevallen gebruik je een kleine letter:

  • Als een naam een meer algemene betekenis heeft gekregen of niet meer duidelijk verwijst naar een bepaalde plaats; de naam op zichzelf speelt dan geen duidelijke rol meer (zin 1).
  • Als het gaat om namen van historische periodes, terugkerende periodes (ramadan, carnaval), en culturele, maatschappelijke, religieuze en artistieke stromingen (zin 2).
  • Als er Nederlandse namen van diersoorten, dieren- en plantenrassen worden gebruikt (zin 3).
  • Als het gaat om functieaanduidingen en titels, tenzij het een vorstelijk persoon betreft (zin 4).
  • Als het de naam van windrichtingen betreft, tenzij ze deel uitmaken van een aardrijkskundige aanduiding (zin 5).
  • Als het gaat om de naam van munten (zin 6).
  • Als het namen van religies, aanhangers van religies en afleidingen van religies betreft. Ook functies, zoals rabbi, schrijf je met een kleine letter (zin 7).
  1. De studenten bij de afhaalchinees droegen een colbert, maar wisten niet dat de naamgever van hun jasje ene Jean-Baptiste Colbert is.
  2. De vroege middeleeuwen waren een rijke periode in de Nederlandse geschiedenis.
  3. De Latijnse benaming voor vingerhoedskruid is Digitalis.
  4. In zijn onderzoek schreef mr. R. Nout over de Prins van Oranje.
  5. Als de wind uit het zuiden komt, winkel ik graag in Amsterdam-Zuid.
  6. Het lidmaatschap bedraagt twintig euro.
  7. De rabbi organiseerde afgelopen vrijdag een inspirerende bijeenkomst over het jodendom voor alle joden uit de buurt.

In de volgende video krijg je alle regels en uitzonderingen nog eens uitgelegd.

Accepteer de marketingcookies om deze video te zien

Hoofdletters.

Gepubliceerd door  Taalwinkel 16 januari 2024